Gebaren leren met Lotte en Max

Verreweg de leukste manier om gebaren te leren, is gebaren leren met Lotte en Max. De vrolijke liedjes, herkenbare foto's en heel veel gebaren zorgen voor oneindig veel plezier. Stilzitten is echt onmogelijk met deze vrolijke vriendjes. Leer spelenderwijs heel veel gebaren, passend bij een thema.

Babygebaren leren is erg leuk en heel makkelijk. Vanaf 8 maanden kunnen kinderen met gebaren communiceren, terwijl ze nog niet kunnen praten. Handig, want zo weet je toch wat er aan de hand is. Met deze speelse methode leer je spelenderwijs, snel en eenvoudig de meest gebruikte gebaren. De vrolijke tekeningen en herkenbare deuntjes maken dat je niet stil kunt blijven zitten, maar mee wilt gebaren.

 

Wat is babygebaren?

Babygebaren is een methode waarbij je je gesproken taal ondersteund met gebaren. Jonge kinderen kunnen eerder met hun handjes vormpjes maken (gebaren nadoen) dan dat ze woorden kunnen uitspreken. Door hen op jonge leeftijd gebaren aan te leren kunnen ze al vroeg met jou communiceren. Dat is schattig, leuk, maar vooral heel handig en scheelt een hoop frustratie.

Babygebaren is erg makkelijk aan te leren, doordat je enkel gebaren voor losse woorden gebruikt. Met dezeproducten kun je per thema nieuwe woorden toevoegen aan jullie gebaren-woordenschat. Kies de gebaren die op dat moment belangrijk zijn, die de interesse van je kind hebben of die je handig vindt om te gebruiken. Je kunt uitbreiden tot zo'n 300 gebaren, daarmee kan je kindje een heleboel vertellen.

Lotte en Max, leer gebaren op een speelse manier

Lotte en Max; verreweg de leukste manier om gebaren te leren. De vrolijke liedjes, herkenbare filmpjes en heel veel gebaren zorgen voor oneindig veel plezier. Er bestaan heel veel verschillende materialen, alles is onderverdeeld in diverse thema's. Het complete overzicht van Lotte en Max producten vind je in de Oermensjes Webshop.

De Thema's:

School: school, meester, juf, klas, kapstok, leren, lezen, schrijven, rij, cirkel, vierkant, rechthoek, driehoek, rood, geel, blauw, groen, oranje, paars, roze, bruin, zwart ,wit, ABC, 1 t/m 20, maandag t/m zondag, lente, zomer, herfst, winter, ik, jij, ja, nee, vies, schoon, groot en klein.

Kinderliedjes: Op een grote paddenstoel, Klap eens in je handjes, Ik zag 2 beren, Papegaaitje leef je nog, Olifantje in het bos, Zeg Roodkapje, Het regent het regent, Vader Jakob, Kortjakje, Hoedje van papier, Met de vingertjes, Smakelijk eten, Poesje miauw, Hanse panse kevertje, Groen knollenland, Boer wat zeg je?, Visje in het water, Klein stationnetje, Berend botje, Helikopter, Wielen van de bus, Klein kleutertje, In de maneschijn, Slaap kindje slaap, Kom gebaar je met ons mee?

Dierentuindieren: olifant, giraf, zebra, leeuw, nijlpaard, schildpad, krokodil, papegaai, aap, panda, lama, slang, struisvogel, kangoeroe, kameel ,flamingo, neushoorn, beer, egel, hert, eekhoorn, haai, dolfijn, walvis, inktvis, pinguïn, ijsbeer en zeehond.

Boerderijdieren: vogel, varken, koe, hond, geit, poes, konijn, kip, eend, paard, ezel, muis, gans, vis, uil, haan, schaap, pauw, kikker, vos, vlieg, spin, mier, bij, rups, slak, vlinder, mug en lieveheersbeestje.

Naar buiten: buiten, mee gaan, huis, muts, wanten, sjaal, jas, vliegtuig, auto, fiets, boot, trein, regen, sneeuw, wind, wolk, zon, regenboog, droog, speeltuin, glijbaan, schommel, wip, zandbak, schep, emmer, nog een keer, bang, helpen, knap, park, boom, bloem, gras, vakantie, zee, strand en koffer.

Feest: feest, slinger, jarig, tafel, stoel, cadeau, vriend, vriendin, samen spelen, om de beurt, leuk, ophouden, kapot, stout, aardig, sorry, opruimen, snoep, taart, limonade, koek, ijs, boos, huilen, verdrietig, blij, lachen, dansen muziek.

Een nieuwe dag:dag, ochtend, wakker, aankleden, t-shirt, mooi, jurk, schoen, jongen, broek ,meisje, rok, sok, pap, wachten, koud, heet, spelen, speelgoedauto, bal, blokken, knuffelbeer, boek, pop, alsjeblieft, dankjewel, avond, slapen, tandenpoetsen en licht uit/aan.

Praten met je handen: gebaren voor; eten, boterham, banaan, drinken, water, melk, mamma, pappa, oma, opa, broer, zus, luier, poep, plas, pot, goed zo, meer, op, klaar, lekker, nat, bad, haren wassen, zeepbel, baby, lief, kus en houden van.